Magyar Idők
| Budapest | Tamás Fricz | 21 maart 2018Hongarije en de andere Oost-Europese landen moeten niet langer het moreel ‘verrotte’ Westen volgen, maar een eigen koers kiezen, meent deze conservatieve chroniqueur.
De verschillen die het ‘oude’ en het ‘nieuwe’ Europa tegenover elkaar plaatsen zijn veel groter dan te verwachten was bij de val van het communisme of bij de uitbreiding van Europa in 2004. Het conflict dat voortkomt uit de migrantencrisis is nog maar het topje van een ijsberg die nog altijd aangroeit. Toch zijn er in de afgelopen vijfentwintig jaar legio samenwerkingsverbanden geweest en hebben de vroegere Oostbloklanden de enorme marktkansen soepel aangegrepen. Wat is er dan gebeurd? Antwoord: de voorstanders van geglobaliseerd geldverkeer hebben Europa systematisch verzwakt door de combinatie van verzorgingsstaat, nationaal bewustzijn en christelijke moraal die het fundament van Europa vormde, steeds verder aan te tasten. Het verlaten van de gouden standaard (1971) en de oliecrises van de jaren zeventig hebben een grote economische malaise veroorzaakt, waardoor de traditionele waarden zijn vervaagd. Zowel de ultraliberale genieters als de cultureel marxisten uit de Frankfurter Schule hebben hieraan meegewerkt.