In het Deense Museum Arken is een retrospectief te zien van het surrealistische werk van de Britse schilder Leonora Carrington. In haar schilderijen is het onderscheid tussen mens en dier vaak ver te zoeken.
‘Je probeert wanhopig mijn werk te intellectualiseren,’ zegt Leonora Carrington op haar 94ste tegen haar nicht die toevallig ontdekte familielid te zijn van de beroemde kunstenares, ‘and you are waisting your time.’
In het Deense Museum Arken is een retrospectief te zien van het letterlijk fantastische werk van de van oorsprong Britse Leonora Carrington, die op jonge leeftijd haar Anglo-Ierse milieu verruilde voor de armen van de surrealistische kunst, en die van Max Ernst. Ze woonde eerst in Parijs, maar vertrok noodgedwongen naar Madrid toen de oorlog uitbrak en Ernst werd geïnterneerd. Uiteindelijk kwam ze dankzij zakenman Renato Leduc in Mexico terecht, waar ze de rest van haar leven doorbracht. Haar vader, een textielfabrikant uit Lancashire die haar als twintiger liet opnemen in een psychiatrische inrichting, zag ze nooit meer terug. ‘Ik was veel banger voor mijn vader dan voor Hitler,’ beweerde ze. Door shocktherapie met cardiazol-injecties kreeg Leonora angstaanjagende visioenen die haar innerlijke visuele wereld mede gevormd hebben.
De meest extravagante wezens komen voorbij in haar werk. Vaak is het onderscheid tussen mens en dier of tussen dier en machine ver te zoeken, maar haar kundige hand trekt de belangstellende moeiteloos het oneindig diepe doek in. Vrouwen – voor wie ze haar talent activistisch inzette in Mexico – moesten niet alleen hun burgerrechten claimen, maar ook hun recht op mysterie en verwantschap met de natuur.
Leonora Carrington, Museum Arken, Denemarken, te zien tot 15/01/23