Hoe Europa slaapwandelt richting de vergetelheid

© Getty

De wereld wordt herschapen naar het beeld van Silicon Valley, terwijl Europa vanaf de zijlijn toekijkt. Zonder ingrijpende veranderingen dreigt het continent achterop te raken in de race.

Je kunt de recente geschiedenis van de Europese economie in twee cijfers uitdrukken.

In 1992, gecorrigeerd naar koopkracht, betekende een bbp per hoofd van de bevolking van 44.933 dollar (35.530 pond) dat de gemiddelde Duitser iets beter af was dan de gemiddelde Amerikaan, met een voorsprong van 257 dollar.

In 2024 heeft de Amerikaan bijna 12.000 dollar voorsprong. De economische mislukking van Duitsland is schokkend als je haar op zichzelf bekijkt. In het kader van de bredere stagnatie in Europa, schetst ze het verhaal van een tragisch continent.

In 2008 was het Amerikaanse bbp per hoofd van de bevolking iets meer dan 14.000 dollar hoger dan dat van de EU. In 2023 is het bijna 20.000 dollar hoger. De VS zijn met 21 procent gegroeid; de EU, met alle voordelen van inhaalgroei over een groter gebied, met 15 procent. Ondanks het feit dat er 100 miljoen mensen meer wonen, is de economie van de EU nu kleiner in waarde dan die van de VS. De voorsprong die in 1990 nog meer dan 3 biljoen dollar bedroeg, is in 2020 verkwanseld.

Sterfelijk

Voor een generatie Europese politici is het concept van ‘strategische autonomie’ – het vermogen van de EU om als geheel op te treden zonder afhankelijk te zijn van andere landen – van symbolisch belang geworden.

In de krachtige bewoordingen die we gewend zijn verklaarde de Franse president Emmanuel Macron eerder dit jaar dat ‘ons Europa sterfelijk is. Het kan sterven, en alles hangt af van onze keuzes.’ De periode waarin ‘de EU haar energie en kunstmest van Rusland kocht, haar productie aan China uitbesteedde en voor haar veiligheid afhankelijk was van de VS’, was voorbij, aldus de president.

Maar om deze visie op onafhankelijkheid te verwezenlijken, moet Europa in staat zijn om voor zijn eigen leger te zorgen, zijn eigen industrie op te bouwen en zijn eigen concurrentievermogen op nieuwe gebieden te behouden. Europa moet niet langer simpelweg meeliften op de Verenigde Staten, die een onoverbrugbare voorsprong hebben op het gebied van de technologieën van de toekomst.

Neem bijvoorbeeld AI. De Europese Rekenkamer heeft beweerd dat de resultaten van Europa’s inspanningen op dit gebied ‘waarschijnlijk het pad zullen bepalen van de toekomstige economische ontwikkeling van de EU’. En in de eerste helft van 2024 slaagde de EU erin om 6 procent van de 35 miljard dollar die wereldwijd in startende AI-bedrijven werd gestoken, naar zich toe te trekken.

Haar beste onderzoekers en meest veelbelovende studenten hebben de vervelende gewoonte om naar de VS te vertrekken. En de rest van de technologiesector doet het niet veel beter.

Europese bedrijven worden zwaar belast door de regeringen en instellingen die juist hun belangen zouden moeten beschermen. Dit begint al bij de energiekosten. Na aftrek van belastingen betalen Duitse bedrijven bijna 22 cent per kilowattuur voor elektriciteit, Franse bedrijven betalen een vergelijkbaar bedrag, terwijl Italiaanse bedrijven 26 cent per kilowattuur moeten neerleggen. Ter vergelijking: hun Amerikaanse concurrenten betalen slechts 8 cent.

Bij deze verhoudingen maakt het niet echt uit of je een ouderwets industrieel bedrijf bent of juist in de voorhoede van de softwaresector zit. Energie is na grondstoffen de duurste input voor autofabrikanten (en op zijn beurt een belangrijke input voor de verwerking van materialen). Voor datacenters – of het nu gaat om AI-tools of klantbeheersystemen – is energie goed voor 46 à 60 procent van de bedrijfskosten.

Sommige landen lijken totaal blind te zijn voor de omvang van het probleem

Maar terwijl Donald Trump het heeft over het aanboren van koolwaterstoffen en het halveren van de energieprijzen, is Europa nog steeds vooral gericht op decarbonisatie en de groene economie.

Voorstanders beweren dat de energieprijzen hierdoor zullen dalen, vooral gezien de onderbreking van de levering van Russisch gas – en hoe minder er gesproken wordt over de blunders op het gebied van buitenlands beleid die in de eerste plaats geleid hebben tot de afhankelijkheid van die levering, hoe beter. Maar terwijl het effect op groothandelsprijzen op heldere, zonnige dagen duidelijk is, lijkt het effect van plotselinge kostenpieken dat minder te zijn.

De recente ‘dunkelflaute’ in Duitsland – een reeks windstille, sombere dagen – stuwde de elektriciteitsprijs voor een korte periode naar 800 euro per megawattuur. Voor bedrijven die niet kunnen kiezen wanneer ze hun klanten willen bedienen, of waarvoor de mogelijkheid om de productie op en af te schalen beperkt is, is dit niet ideaal.

Bovendien lijken sommige landen totaal blind te zijn voor de omvang van het probleem. In een verbijsterende daad van zelfverwonding heeft Duitsland vorig jaar drie werkende kerncentrales gesloten. Het contrast in aanpak met Amerika, waar het energiehongerige Microsoft de heropening van stilgelegde eenheden op Three Mile Island wil financieren – de thuisbasis van het meest beruchte civiele kernongeval in de Amerikaanse geschiedenis – kan niet schriller zijn.

Bovenop de energiekosten hebben Europese regelgevers de vervelende gewoonte om bedrijven die proberen te groeien met bureaucratische rompslomp op te zadelen. Zoals de voormalige president van de Europese Centrale Bank (en Italiaanse premier) Mario Draghi aangeeft, heeft de EU tussen 2019 en 2024 13.000 stukken wetgeving aangenomen, de wetten van de afzonderlijke lidstaten niet meegerekend. De VS daarentegen hebben er ongeveer 5500 aangenomen. Draghi merkt op dat in Denemarken, tussen Brussel en Kopenhagen, het aantal regels waar bedrijven mee te maken krijgen tussen 2001 en 2023 met 63 procent is gestegen.

Voor startende bedrijven kunnen deze wetten bijzonder hinderlijk zijn. Vooral de nieuwe AI-wet kan een remmend effect hebben op bedrijven die producten willen ontwikkelen in de EU en bedrijven die nog winst moeten maken, opzadelen met nalevingskosten. De veel gehate GDPR is niet veel beter.

Herschapen

Dit alles tot grote frustratie van sommigen in Europa. Het huidige Hongaarse voorzitterschap van de Raad van de EU heeft herhaaldelijk geprobeerd om de aandacht van het blok te vestigen op het onvermogen om groei te bewerkstelligen. De Verklaring van Boedapest die eerder deze maand door de EU-leiders werd ondertekend – in navolging van het rapport van Draghi – zet een reeks stappen uiteen die erop gericht zijn om ‘bedrijven te laten bloeien zonder buitensporige regelgeving’.

Om dit te bereiken moet de EU echter fundamenteel worden geherstructureerd. Regelgeving is vast verankerd in het zelfbeeld van de EU en sommige beleidsmakers hebben zelfs bewust het idee omarmd dat het blok een ‘supermacht op het gebied van regelgeving’ is. Door gebruik te maken van de aanzienlijke omvang van de Europese markt hopen ze bedrijven overzee over te halen om de regels uit Brussel te volgen, de belangen van het blok te behartigen en een aantal van de voordelen van economische dynamiek te bieden zonder het zware werk.

Deze aanpak heeft gemengde resultaten opgeleverd. Sommige Europese standaarden zijn wereldwijd overgenomen en het blok is in staat geweest hoge boetes op te leggen aan Amerikaanse bedrijven die de regels zouden hebben overtreden.

Tegelijkertijd heeft Nvidia ruwweg dezelfde beurswaarde als de achttien grootste EU-bedrijven samen, lijkt de technologiesector van het blok op sterven na dood, met uitzondering van semaglutidefabrikant Novo Nordisk, Spotify en de Nederlandse machinebouwer ASML, en wordt de wereld herschapen naar het beeld van Silicon Valley terwijl de EU vanaf de zijlijn toekijkt.

Ondanks alle mooie woorden zal de EU geen ‘strategische autonomie’ hebben als ze eindigt als de romp van een door China gedomineerd continent of als een aanhangsel van een grotere Amerikaanse invloedssfeer – een bekoorlijk, economisch stagnerend themapark voor rijke toeristen.

Om dat scenario te vermijden zijn binnenlandse capaciteiten nodig – in plaats van rivalen weg te laten lopen met technologische ontwikkelingen die de wereld vormgeven – en een betekenisvolle economische groei.

Recent verschenen