In de roman Vladimir weet Julia May Jonas een ondermijnend en geraffineerd verhaal neer te zetten over een MeTooschandaal, verteld door de vrouw van een dader – die zelf ook niet vrijuit gaat.
De vrouwelijke verteller in Vladimir, de debuutroman van de Amerikaanse Julia May Jonas, doceert Engelstalige literatuur aan de universiteit. Ze loopt tegen de zestig en berust al een tijdje in haar positie als mislukt romancier, wanneer haar man, hoofd van dezelfde faculteit, het middelpunt blijkt van een MeTooschandaal. Ze hebben een open huwelijk waarin de wederzijdse verlangens allang zijn weggeëbd en ze begrijpt alle opwinding rond haar echtgenoot niet zo. Zijn affaires met studentes zijn gedateerd en bovendien, vroeger viel ze zelf ook als een blok voor oudere mannen in een machtspositie. Dan krijgt ze een nieuwe collega, Vladimir. Jong, knap en ook nog eens succesvol als romanschrijver.
In haar ‘energieke’ roman, schrijft Jessica Ferri in Los Angeles Times, laat Jonas het hoofdpersonage worstelen met de vraag ‘of ze Vladimir zelf wil veroveren of vooral jaloers is op zijn schrijverschap’. Volgens Ferri zet Jonas de hoofdpersoon zo ‘krachtig en vrijmoedig neer dat je als lezer alleen maar wil dat ze telkens andere akelige en gevaarlijke dingen onderneemt’.
Criticus Molly Young vermoedt in The New York Times dat het de auteur niet zozeer is te doen om de vraag of ongewenst gedrag uit het verleden volgens de huidige standaard alsnog moet worden bestraft: ‘Ze wil vooral de venijnige controle op vrouwelijke verlangens naar seks, eten, affectie, geluk, macht en professionele erkenning onderzoeken.’
Een kunstwerk op zich, deze vertelster, met op zijn minst één voet aan de verkeerde kant van de MeToodiscussie
‘Titel en cover vormen een duidelijke waarschuwing dat de lezer te maken krijgt met een ondermijnend en geraffineerd verhaal. Want natuurlijk verwijzen die naar Lolita van Vladimir Nabokov’, concludeert Maureen Corrigan op het Amerikaanse mediaplatform NPR. Tegelijkertijd vindt Corrigan dat Jonas met Vladimir ook aan de orde stelt hoe we de waarde van literatuur bepalen: ‘Óf we proberen datgene wat ons tegen de borst stuit te onderdrukken. Óf we laten ons meeslepen door wat verwarrend, aanstootgevend en intens verkeerd is. En wie het kunstige Vladimir leest, vermaakt zich daarbij ook nog.’
In haar recensie in The Guardian vindt Lucy Atkins het ‘verbazingwekkend’ dat een debutante ‘zo zelfverzekerd’ voor de dag komt. Het slot van de roman vindt ze daarentegen ‘teleurstellend’ omdat de auteur het niet voor elkaar krijgt de ‘complexe thema’s in bedwang te houden. Maar die prijs is dit verrijkende en intelligente boek alleszins waard.’
Marion Winik had nauwelijks drie pagina’s gelezen of ze voelde zich ‘als was in de handen van de auteur’, schrijft ze in The Washington Post. Ze geniet van het hoofdpersonage, dat ‘zichzelf haarscherp doorgrondt, vertrouwt op haar eigen beoordelingsvermogen en strooit met rake observaties en grappige wijsheden. Een kunstwerk op zich, deze vertelster, met op zijn minst één voet aan de verkeerde kant van de MeToodiscussie.’
Vladimir van Julia May Jonas verscheen half augustus bij uitgeverij De Geus in de Nederlandse vertaling van Inge Pieters
Door Diederik Samwel