De Egyptische zangeres met het eclectische repertoire verbindt zich aan de muziek door zichzelf te zijn.
De term ‘eclectisch’ valt vaak als het over de Egyptische sopraan Fatma Said gaat. Op haar album El Nour (het licht) opent ze met de Franse componist Maurice Ravel, maar zingt ze naast het werk van andere klassieke componisten ook Arabische en Franse liederen en liedjes van de Spaanse dichter Federico García Lorca. ‘De stem van Said is vanaf het begin uitzonderlijk; de helderheid van haar tonen is ongerept en natuurlijk (…) haar vocale interpretaties zijn formidabel, communicatief en openhartig,’ meent The Classic Review. Ook volgens The Sunday Times heeft de nog geen dertigjarige Said alles in huis om een zangeres van topklasse te worden.
Niet alleen een geweldige stem, maar ook ‘intelligentie, het poëtische inzicht en de muzikale verbeeldingskracht om een lied tot leven te brengen, zin voor zin, woord voor woord’. Volgens The New Yorker kan Said alles zingen omdat ze zich aan de muziek verbindt, door zichzelf te zijn.
Voor haar optreden (onder voorbehoud) in Het Concertgebouw koos ze onder andere muziek van Ravel, Obradors en Mozart maar ook van Najib Hankash en Gamal Abdel-Rahim.
Fatma Said, 19 januari, Concertgebouw Amsterdam.