Die Zeit
| Hamburg | Clemens J. Setz | 31 oktober 2019De Oostenrijkse schrijver Clemens J. Setz bereikte een keerpunt, hij werd 36, en besloot zijn bewustzijn te trakteren op iets volslagen nieuws. In Tokio zette hij een VR-bril op en wist letterlijk niet wat hem overkwam toen zijn virtuele – nee, zijn echte – nee, beide soorten handen iets hards, nee, iets zachts, vacht, een echt object met een vacht, konden oppakken.
Een tijdje geleden stond ik op een middag ineens voor een Virtual Reality Arena in de wijk Shinjuku in Tokio. Het was mijn verjaardag. De eerste automatische spamberichten hadden me al gefeliciteerd. De hele ochtend had ik, terwijl het in Europa nog helemaal niet vandaag was, de balans opgemaakt van mijn leven tot nog toe, en nu maakte na alle opborrelende zelfkritiek langzamerhand een laboratoriummuisachtige, protestloze stemming zich van me meester. Het toeval had me bij dit kakelbonte gebouw gebracht en ik vond dat ik mijn bewustzijn nu beslist iets volslagen nieuws mocht aandoen. Tenslotte was ik vandaag 36 geworden, wat zoals bekend een keerpunt in het leven is. Vanaf dat moment zet de zon een dalende lijn in.