The New York Times
| New York | David D. Kirkpatrick en Azam Ahmed | 20 september 2018De spyware van de Israëlische NSO Group vindt gretig aftrek bij onder andere de Verenigde Arabische Emiraten, blijkt uit onderschepte e-mails. Tegen het bedrijf zijn twee rechtszaken aangespannen wegens medeplichtigheid aan illegale spionage.
De leiders van de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) hebben meer dan een jaar lang Israëlische spyware gebruikt om in te breken in mobiele telefoons van dissidenten in eigen land of van rivalen in het buitenland. Toen topfunctionarissen een prijzige update van de spionagetechnologie kregen aangeboden, deden ze voor de zekerheid navraag naar de mogelijkheden, zo bleek uit de uitgelekte mailwisseling die op 30 augustus in twee rechtszaken tegen de maker van de spyware, de Israëlische NSO Group, boven water kwam. Of het bedrijf ook de telefoons van de emir van Qatar, een regionale rivaal, kon afluisteren, wilden ze weten. En de telefoon van een Saoedische prins, het hoofd van de machtige Nationale Garde? En hoe zat het met de telefoon van de hoofdredacteur van een in Londen gevestigde Arabische krant? ‘In de bijlage treft u twee opnamen aan’, schreef de contactpersoon van het bedrijf vier dagen later, blijkens de e-mails. Bijgevoegd waren twee opnamen van telefoongesprekken die de hoofdredacteur, Abdulaziz Alkhamis, had gevoerd. Alkhamis bevestigde dat de gesprekken hadden plaatsgevonden, en sprak zijn verbazing uit over het feit dat hij in de gaten werd gehouden.