Het personeel van koekjesfabriek La Nirva werd maanden niet betaald en ging de barricade op. Uiteindelijk namen de arbeiders de hele operatie over. En deden het nog beter ook. Kom je aan de alfajores, de nationale trots van Argentinië (en van koningin Máxima), dan zwaait er wat.
Het is een regenachtige dag, en de stakende arbeiders schuilen waar het maar kan – sommigen staan dicht opeengepakt onder een kleine partytent; anderen hebben hun toevlucht gezocht onder strandparasols. Ze zijn bang en ze hebben het koud, maar hier hebben ze voor gestemd. Ze hebben hun kamp opgeslagen voor de La Nirva-fabriek, waar ze jaren achtereen lange uren hebben gemaakt en allemaal hun eigen bijdrage hebben geleverd aan de productie van de alfajor el Grandote, ofwel ‘De grote’, een driedubbeldik koekje met een karamelvulling en een chocoladecoating, misschien wel de populairste zoetigheid in Argentinië. Maar de Grandote ligt inmiddels al meer dan vijf maanden niet in de schappen. Voor de mensen die een groot deel van hun leven hebben gewijd aan de productie van deze koeken was er een grens bereikt. Ze hadden geen van allen ooit eerder zoiets gedaan, maar het water stond hun aan de lippen.