360 Magazine
| Amsterdam | 30 mei 2023Rechtenschendingen op theeplantages
De wereldwijde thee-industrie worstelt niet alleen met de economische gevolgen van de oorlog in Oekraïne maar ook met een ander probleem: schendingen van mensenrechten op de plantages, aldus de New Yorkse nieuwswebsite Quartz. Volgens het Britse Business & Human Rights Resource Centre (BHRRC) zijn ongeveer 13 miljoen arbeiders op theeplantages in India, Sri Lanka, Bangladesh, Kenia, Oeganda en nog 43 andere landen het slachtoffer van rechtenschendingen. De beschuldigingen omvatten schending van de vrijheid van vereniging, van gezondheids- en veiligheidsvoorschriften, loonbetalingen en aantasting van de levensstandaard.
De productiekosten van thee zijn de afgelopen jaren gestegen, maar de prijzen zijn min of meer gelijk gebleven. ‘Beheerders van plantages proberen kosten te besparen in een steeds minder winstgevende sector. Daardoor is er sprake van een groeiende trend om gebruik te maken van tijdelijke contracten, koppelbazen en andere onzekere arbeidsomstandigheden,’ aldus het BHRRC-rapport. ‘Werknemers zijn daardoor kwetsbaarder voor allerlei vormen van misbruik, waaronder seksuele uitbuiting en schendingen van gezondheid en veiligheid. Het is moeilijker voor werknemers om zich bij een vakbond aan te sluiten.’ Bedrijven als Starbucks, Unilever, Marks & Spencer, Twinings, en het in Nederland gevestigde Ekaterra betrekken hun thee van plantages waar 47 van de 70 gesignaleerde mensenrechtenschendingen hebben plaatsgevonden. Deze bedrijven tonen volgens het rapport ‘weinig betrokkenheid bij de leveranciers om de effecten voor werknemers te verzachten’.