El País
| Madrid | 19 februari 2020Omdat Marokko de grensovergang niet erkent, mag alleen handbagage worden meegenomen uit de Spaanse enclaves Ceuta en Melilla. Tienduizenden Marokkaanse mannen en vrouwen steken dagelijks over met enorme pakken handelswaar op hun rug.
Hadija heeft geen geluk gehad in het leven. Ze werd in Ksar-el-Kebir, in het noorden van Marokko, geboren, waar haar familie de kost verdiende met de verkoop van muntbladeren in de soek. Ze is het gewend de tanden op elkaar te zetten en door te bijten, zodat ze haar vier kinderen een warme maaltijd kan bezorgen. Vroeg in de ochtend gaat ze het huis uit om achteraan aan te sluiten in de rij van porteadoras [draagsters], die wachten om Ceuta binnen te gaan. De rijen bij de grensovergang Tarajal II zijn meestal meer dan een kilometer lang. Om al die uren in de openlucht zonder enig sanitair te kunnen doorstaan gebruikt ze luiers.